Stedelijk water is niet leeg - Biowetenschappen & Maatschappij

Geen producten in de winkelwagen.

14 maart 2024
normaal verdiepend

Stedelijk water is niet leeg

De auteurs

Water is in de stad van groot belang. Niet alleen voor de stadsbewoner en het stadsklimaat, maar ook voor het grotendeels onzichtbare waterleven. De aquatische planten en dieren staan echter onder grote druk.

Op een warme zomerse dag in de stad gaan veel mensen zwemmen, varen en picknicken langs het water. Het stedelijke water zorgt voor verkoeling, plezier, rust en verbinding. Ook los van warme zomerse dagen speelt stedelijk water een essentiële rol in Nederland doordat het een onlosmakelijk onderdeel van onze leefomgeving is. Van grote steden tot kleine dorpen: water is voor het landschap wat de bloedsomloop is voor het menselijk lichaam.

Ecosysteemdiensten

Stedelijk water in Nederland levert belangrijke functies die van onschatbare waarde zijn voor de mens. Die worden ook wel ‘ecosysteemdiensten’ genoemd. De meest in het oog springende ecosysteemdienst is het aan- en afvoeren van water en dus het voorkómen van wateroverlast. Kanalen en sloten zijn essentieel om water op een gecontroleerde manier stroomafwaarts te leiden en overstromingen te voorkomen. Veel Nederlandse steden liggen nabij zeeniveau of langs rivieren, waardoor zij daar gevoelig voor zijn. Daarnaast is wateropslag in de stad van groot belang, zowel om bij piekbuien meer tijd te nemen om het water te kunnen afvoeren, als om tijdens droogte zoetwatertekorten te voorkomen.

Maar de wateropslag is ook van belang voor het verkoelen van de stad tijdens warme zomerdagen. De meeste steden zijn warmer dan het omringende platteland. Dit ‘warmte-eilandeffect’ beïnvloedt de mens én de stadsnatuur. Watergebieden kunnen helpen de temperatuur in steden te matigen en dragen bij aan het creëren van een comfortabele leefomgeving. Hittegolven, met nog hogere temperaturen dan we gewend waren die bovendien vaker voorkomen als gevolg van klimaatverandering, maken het verkoelende effect van water in stedelijke gebieden de komende jaren nog belangrijker.

Stedelijk water draagt bij aan belevingswaarde

Een andere in het oog springende functie van het stedelijke water is het creëren van een aangename en aantrekkelijke leefomgeving voor bewoners. Denk aan mooie grachten en aangelegde waterparkjes die bijdragen aan de esthetische waarde en de belevingswaarde van de stad. Bewoners en bezoekers kunnen genieten van wandelen en fietsen langs het water, boottochten maken, vissen of zwemmen. De stad bedient de mensen met aanlegplaatsen van bootjes, waterfietsen of zelfbedienbare sluizen om makkelijk rondjes te kunnen varen. Ook vervult stedelijk water een culturele dienst. Het maakt immers onderdeel uit van het historisch erfgoed in Nederland. De beroemde grachten van steden als Amsterdam, Utrecht en Leiden zijn niet alleen iconische bezienswaardigheden, maar ook een weerspiegeling van de rijke geschiedenis en cultuur van het land. Een van de redenen waarom de Amsterdamse grachten in 2010 de Unesco-werelderfgoedstatus kregen.

Tot slot, en zeker niet onbelangrijk, is stedelijk water van levensbelang voor het waterleven. Stedelijk water biedt een habitat voor diverse planten- en diersoorten. Kanalen, grachten en vijvers trekken watervogels, vissen en andere aquatische dieren aan. De aanwezigheid van groene oevers en waterrijke gebieden biedt leefruimte en voedselbronnen voor talloze soorten, waardoor de biodiversiteit wordt bevorderd en natuurlijke ecosystemen behouden blijven. Dit heeft een groot effect op de leefbaarheid van steden.

De boten op de Prinsengracht geven de mens plezier maar belasten plant en dier. © Waternet

Te hoge druk op stedelijk water

Eigenlijk plaatst deze laatste categorie het hele beeld van het water in een ander daglicht. Het idee van ecosysteemdiensten is dat een goed functionerend ecosysteem van levensbelang is voor de mens. De mens heeft dus een verantwoordelijkheid voor het goed functioneren van dat stedelijke ecosysteem. Door tegengestelde belangen maken we dat niet waar. Er is een te hoge druk op het stedelijke water. Monitoring van het leven in het water laat zien dat de ecologische kwaliteit bijna overal te laag is.

De mens plaatst zichzelf al eeuwenlang centraal in de stad. In Amsterdam bijvoorbeeld moet alles overal tegelijk, beperkingen voor recreatie worden als lastig ervaren. De focus ligt op het nut voor een hoger economisch belang. De niet-nuttige aspecten, zoals het waterleven, worden vaak vergeten. Het gaat daarbij om het recht van het water en het leven in het water om er te zijn, onafhankelijk van de vraag of het nuttig voor de mens is of niet. Bij het Waterschap Amstel, Gooi en Vecht is de manier van monitoren van stedelijk water om die reden in 2014 omgegooid. Stond voor die datum de beleving van stedelijk water in de monitoring centraal, sinds 2014 is dat de ecologie. Voor 2014 richtte de monitoring zich op hoe het water eruitzag, na 2014 richt de monitoring zich op wat er leeft en op de factoren die bepalen wat er leeft. Daardoor ontstaat zicht op een handelingsperspectief, namelijk ingrepen die de ecologische waterkwaliteit verbeteren.

Recreatie: negatieve gevolgen voor de ecologie

De druk op het stedelijke water wordt veroorzaakt door een combinatie van factoren. Recreatie is er een van. Recreatie is belangrijk voor het welzijn van mensen maar heeft vaak negatieve gevolgen voor de ecologie. Varen en in mindere mate zwemmen kunnen bijvoorbeeld leiden tot de verstoring van natuurlijke leefgebieden van waterplanten en dieren. Boten kunnen dieren verjagen of broed- en voortplantingsplekken verstoren. En de golven die ze bij het varen produceren, zorgen voor erosie van waterkanten en beschadiging van waterplanten.

De mate waarin dat gebeurt, verschilt per soort, sommige waterplanten verdwijnen al helemaal bij een beperkt aantal vaarbewegingen. In gebieden met uitbundige plantengroei wordt ook wel gemaaid om varen te vergemakkelijken. Boten wervelen met hun schroef slib op, waardoor het water vertroebelt en zo het licht voor de planten wordt weggenomen. Bij de eerste lockdown in 2020 zagen we daarvan heel duidelijk het effect. Het water in de Amsterdamse grachten werd veel helderder doordat er geen boten meer voeren: het doorzicht verdubbelde bijna en er groeiden weer planten in de grachten.

Recreatie zorgt ook vaak voor watervervuiling doordat boten soms brandstof lekken en doordat afval zoals plastic flessen en verpakkingen, niet goed wordt opgeruimd en in het water terechtkomt. Het is belangrijk om bij recreatieve activiteiten rekening te houden met de natuur. Zonering is een manier om dat te regelen: niet alles overal doen in de stad maar een netwerk van wateren beschermen door beperkingen op te leggen aan het gebruik ervan. Verschillende gemeenten en waterschappen reguleren recreatie op en om het water om de natuur te beschermen, bijvoorbeeld door een maximale vaarsnelheid in te stellen.

In Leiden bouwt Aaf Verkade van de website Stadsgrachten.nl, al jaren aan een community van natuurbewonderaars, bestaande uit bewoners, politici en medewerkers van publieke diensten. Zij hebben het voor elkaar gekregen om een uitsterfbeleid op aanlegplaatsen van bootjes in te voeren in doodlopende grachten. Zo krijgt waterleven de kans. En in de Ringvaart van de Watergraafsmeer in Amsterdam komen vrijwel geen boten omdat de bruggen laag zijn. Dat heeft een duidelijk effect. Doordat er niet gevaren wordt, groeien er waterplanten en gedijen de vissen.

Aaf Verkade heeft net het onderwaterleven van een Leidse gracht verkend en vertelt aan bewoners wat ze er aantrof ©Maryse Loranger

Groeiende bevolking en klimaatverandering

De verstedelijking en de groeiende bevolking oefenen een flinke druk uit op het stedelijke watersysteem. De verwachting is dat toerisme, infrastructuur en bedrijvigheid blijven toenemen en de verdichting die momenteel plaatsvindt, resulteert in de bouw van extra woningen. Tot 2030 komen er in de regio’s Utrecht en Amsterdam meer dan honderdduizend nieuwe woningen bij. Dat leidt tot meer waterverbruik, meer verharding van de ondergrond voor straten, stoepen en doorgaande wegen, en een hogere afvalwaterproductie. Dit verstoort de natuurlijke watercyclus: verharding zorgt voor meer afstroming, minder verdamping, minder infiltratie en een lagere grondwaterstand.

Daarnaast zal de verdere verstedelijking leiden tot verlies van natuurlijke habitats van dieren en planten. Plekken met een divers waterleven zullen schaarser worden. Ook zal er minder ruimte zijn om watergangen te onderhouden vanaf de kant, zoals baggeren of schonen. Terwijl dit juist essentieel is voor de waterkwaliteit, biodiversiteit en waterafvoer.

Ook klimaatverandering verhoogt de druk op het stedelijke water systeem doordat weersomstandigheden zoals stormen, regenbuien en droogte extremer worden. Zware regenbuien veroorzaken niet alleen schade aan eigendommen en infrastructuur. Ze verslechteren tevens de waterkwaliteit doordat het rioolwater onvoldoende kan worden afgevoerd en via overstorten in het oppervlaktewater terecht komt. Bovendien spoelt er bij zware regenbuien meer water van straten en akkers af het oppervlaktewater in. Dit zorgt voor hogere concentraties stikstof en fosfaat en vervuilende stoffen in het water. Daarnaast zorgen zwaardere regenbuien voor een grotere waterafvoer, met kans op overstromingen. Langdurige droogte vermindert de zoetwatervoorraden, waardoor de drinkwatervoorraad sneller uitgeput raakt. Ook waterplanten en -dieren lijden uiteraard onder het watertekort.

Biodiversiteit onder druk door klimaatverandering

Klimaatverandering zet ook de biodiversiteit onder druk. De hogere temperaturen hebben invloed op de ecologie, want veel planten en dieren hebben een voorkeur voor een specifieke temperatuur. De verspreiding en het gedrag van inheemse soorten zal veranderen en mogelijk de deur openen voor invasieve soorten. Bovendien zal de zeespiegel stijgen. Dit heeft in laaggelegen gebieden gevolgen voor het grondwaterpeil en kan leiden tot verzilting van stedelijk water. Een zoet-zoutovergang hoort bij het westen van Nederland maar door klimaatverandering kan zout water incidenteel verder het land in dringen en dat is schadelijk voor de ecologie, de landbouw en de zoetwatervoorraad.

De impact van recreatie, verstedelijking, bevolkingsdruk en klimaatverandering op stedelijk water is enorm. Het beschermen, behouden en duurzaam beheren van stedelijke watergebieden is van cruciaal belang en vereist voortdurende inspanning. Toch wordt daarbij het belang van een goede waterkwaliteit en een rijk waterleven nogvaak vergeten. Water wordt ervaren als ongebruikt, leeg, zonder enig leven en functie. Dat is ook niet zo gek, omdat het waterleven moeilijk zichtbaar is zoals de planten en dieren op het land. Hierdoor is het lastig om de juiste balans te vinden tussen het water en de mens.

Wat heeft het waterleven nodig?

De eminente Britse ecoloog Brian Moss (1943-2016) sprak in 2005 een zaal met mensen toe die zich recent bewust waren geworden van de opgave die de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) sinds 2000 stelde. Namelijk dat in 2015 in alle Europese wateren een goede ecologische en chemische toestand bereikt moet zijn. Inmiddels is die streefdatum verplaatst naar 2027. In de zaal die Moss toesprak, gonsde die gezamenlijke opgave: wat is er nodig, wat gaan we doen, wat zouden we moeten doen? Moss verwoordde het als volgt: ‘Eigenlijk is het vrij simpel, en velen weten het ook eigenlijk wel. Een goede waterkwaliteit heeft drie dingen nodig: matigheid of schaarste, structurele diversiteit en verbinding van biotopen.’

In water dat een overvloed heeft aan voedingstoffen, oftewel eutroof water, domineren organismen die er goed in zijn om zoveel mogelijk voedingstoffen te benutten. Bij een overmaat aan voedingstoffen op land zien we dat bramen en brandnetels gaan woekeren, in het water zien we sloten vol algen of bedekt met een dikke laag kroos. In water met een schaarste aan voedingstoffen leven juist veel soorten organismen. Iedere soort zet een eigen specialisme in om een beetje van de schaarse voedingstoffen te bemachtigen.

In het grote geheel bestaat er een totaal voedselweb van organismen die samen de beschikbare bronnen verdelen, met een grote biodiversiteit en een zekere veerkracht als er schommelingen zijn in de omgeving. Toen Moss dit fenomeen beschreef met het prachtige woord parsimony ontstonden er grote discussies in de zaal over hoe dit Engelse woord geïnterpreteerd moest worden. De aanwezigen begrepen hoe complex het netwerk van met elkaar samenhangende organismen is. Het gaat om eten en gegeten worden, waarbij ieder organisme op een andere manier profiteert van het beschikbare voedsel. Tenminste, als de voedingsmiddelen schaars zijn. Een troebele bak met draadalgen is ook leven, maar toch een veel minder divers leven dan wanneer er voedselschaarste is en een grote variatie aan fysieke structuren en omstandigheden: diep en ondiep water, zon en schaduw, substraat en zachte bodem, wind en luwte. Zo ontstaat een grotere diversiteit aan organismen die ieder op eigen wijze een stukje van de koek bemachtigen.

De laatste voorwaarde, die weer van een heel andere orde is dan schaarste en structurele diversiteit, is dat er verbinding moet zijn tussen verschillende stukjes watersystemen. Een prachtige biotoop die omgeven is door een woestijn heeft veel minder kans om tot zijn recht te komen dan een biotoop die verbonden is met andere prachtige biotopen. Watersystemen die met elkaar verbonden zijn, zijn ideaal voor organismen die verschillende levensstadia hebben. Een bekend voorbeeld van zo’n organisme is de paling, die een belangrijk deel van zijn leven in de polders en stadswateren van Nederland leeft maar zich over de halve globe verplaatst naar de Sargassozee – ten oosten van Cuba, Haïti en de Verenigde Staten – om zich voort te planten.

Waterparadijs is mogelijk

Het onderwaterparadijs dat Moss schetste, kan wel degelijk werkelijkheid worden in de stad. We hebben het voor het grijpen, maar we moeten wel beter omgaan met afval. Voor het stadswater betekent dit: het zo volledig mogelijk inzamelen van rioolwater zodat dit niet in het oppervlaktewater komt. Maar ook: zo min mogelijk afval achterlaten op straat, want dat waait gemakkelijk in het water. Ook hondenpoep spoelt makkelijk het water in. Sterker nog, als de stadsreiniging een straat schoonspuit kan het vuil al dan niet versneld via een straatkolk in het oppervlaktewater terechtkomen.

Een andere afvalbron is de grote hoeveelheid brood die aan de eendjes wordt gevoerd. Brood dat niet wordt opgegeten – en dat gebeurt dikwijls – komt terecht bij woekeraars als ratten, karpers, brasems en algen, die de overlevingskans van andere organismen reduceren. Naast reductie van afval is ook een afname van meststoffen zoals stikstof en fosfaat, en van bestrijdingsmiddelen en medicijnresten essentieel. Die komen niet alleen uit de stad, maar vaak ook uit het achterland van de stad. Voor Amsterdam is dat Amstelland, een mozaïek van veenweidepoldersmet glastuinbouw, akkerbouw, veeteelt, industrieterreinen, dorpen en stedelijke kernen. Slaagt de melkveehouderij er bijvoorbeeld in de hoeveelheidmeststoffen in de sloten te verlagen, dan verbetert de waterkwaliteit. Waterplanten in plaats van algen krijgen meer kans en daarmee het samenhangende insectenleven plus de visstand.

Maar ook de stedelijke kernen van Amstelland – Amstelveen, Aalsmeer, Mijdrecht, Uithoorn – kunnen bijdragen aan het verminderen van belastende stoffen in het water. Bijvoorbeeld door minder rioolwater in het oppervlaktewater terecht te laten komen, of minder bladeren. Niet alleen Amsterdammers bepalen de waterkwaliteit van de grachten, maar alle mensen in het stroomgebied van de Amstel. Ook de diversiteit aan structuren en vormen in de stedelijke wateren en in de polders kan groter. Bij kades en bruggen wordt onderzocht hoe structuur toe te voegen aan rechte kademuren. Dat kan door een natuurinclusief ontwerp met schuilmogelijkheden voor vis en aanhechtingsmogelijkheden voor varens, of door ontbrekende ondiepe taluds na te bootsen en zo een geschikt milieu te creëren voor onderwaterplanten. In ondiepe delen van de grachten en de luwten in de oksels van bruggen zien we al steeds vaker bladeren van de gele plomp, een teken dat er met slechts kleine veranderingen leven mogelijk is in stedelijke wateren.

Gefaseerd beheer van oevers

Er is echter nog een belangrijke stap te maken in het onderhoud van de watergangen op een natuurvriendelijke manier. Dat betekent dat niet alle oever- en watervegetatie wordt weggehaald, maar dat men plukken laat staan. Bij dergelijk gefaseerd beheer worden telkens andere delen gemaaid. Boeren in Amstelland werken momenteel hard aan de ecologische kwaliteit van de oevers. Het hele profiel van de oever, inclusief de diepere delen van de sloot, wordt ‘ecologisch bewust’ onderhouden. Veel boeren maaien in het voor- en najaar niet alle oeverplanten, maar laten vrijwillig of voor een beperkte vergoeding een strook langs de waterkant staan. Dat is goed tegen erosie, helpt tegen gegraaf van de rivierkreeft en biedt insecten en vogels een habitat. Periodiek baggeren zorgt ervoor dat er water in de sloot blijft – de functie van waterberging blijft behouden. Maar daarnaast is ook rust nodig voor het vormen van een diverse plantengemeenschap.

In dit hoofdstuk kwamen al voorbeelden aan de orde van hoe het tij te keren. Of beter: van hoe we samen het tij verder moeten keren. Een goede waterkwaliteit is het resultaat van alles wat in de stad gebeurt en vereist dus goede samenwerking. Aaf Verkade en de mensen die zij geïnspireerd heeft, laten dit zien in Leiden. Vergeet niet dat zwemmen in de grachten nog maar twintig jaar geleden onverstandig werd geacht, terwijl tegenwoordig elk jaar duizenden mensen meedoen aan de City Swims die overal in Nederland worden gehouden. De omslag naar een goed stedelijk waterleven voor mens én plant én dier moet daarom op tamelijk korte termijn te maken zijn. Erkenning dat het water niet leeg is en het leven in het water de ruimte geven om zich verder te ontplooien, zijn daarvoor essentieel.

 

Over de auteurs

Drs. Maarten Ouboter
Watersysteembeheerder bij Waternet in Amsterdam. Hij stelt met behulp van systeemanalyse de doelen en benodigde investeringen voor een goede waterkwaliteit vast.
Annabel Landman, MSc
Junior adviseur realisatie watersystemen bij Waternet in Amsterdam. Ze kijkt of beleidskaders in het veld landen.

Nooit meer iets missen?

Wil je altijd op de hoogte blijven van nieuwe publicaties, dossiers en lesmaterialen? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief. Wij sturen je maandelijks een overzicht van alle nieuwe content.

Schrijf je in
Abonnement

Mis nooit meer een publicatie

Met een jaarabonnement mis je niets meer! Wil je altijd op de hoogte blijven van de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van de biowetenschappen? Neem dan een abonnement! Hiermee ontvang je een korting van 40% ten opzichte van de prijs in de webwinkel. Daarnaast betaal je geen verzendkosten bij een abonnement. Het abonnement gaat in per 1 januari van het nieuwe kalenderjaar. Je kunt te allen tijde opzeggen, waarna je alleen nog de cahiers ontvangt die je hebt betaald.

Jaarabonnement
Drie keer per jaar krijg je onze boeken automatisch thuisgestuurd. Zo bespaar je flink op de losse verkoopprijs en blijf je altijd op de hoogte.
Bekijk abonnement