Allergisch voor steak na een teek? - Biowetenschappen & Maatschappij

Geen producten in de winkelwagen.

28 maart 2021
normaal verdiepend
10 minuten

Allergisch voor steak na een teek?

De auteurs

Na een koude winter kijken mensen weer reikhalzend uit naar het heerlijke buitenleven van de lente en zomer. De komst van warmere dagen betekent ook de aftrap van het tekenseizoen: teken worden dan ook actief en kruisen het pad met mensen die hun winterse schuilplaats hebben verlaten.

Bij teken denkt men natuurlijk aan infectieziekten als lymeziekte en teken-encefalitis, maar recentelijk is ontdekt dat teken zelf ook een betrekkelijk zeldzame ziekte kunnen induceren bij mensen. Het speeksel van teken, dat tijdens een tekenbeet in de huid terecht kan komen, kan leiden tot een onverwachte allergische reactie: de zogenoemde roodvleesallergie.

Wat is roodvleesallergie?
Roodvleesallergie is een allergische reactie na het eten van rood vlees. Roodvlees is afkomstig van zoogdieren, zoals rund of varken, niet van vissen of vogels. Allergieën zijn eigenlijk nadelige effecten van een gealarmeerd immuunsysteem tegen een, op zichzelf onschadelijke, lichaamsvreemde stof (allergeen) waar je mee in contact bent gekomen. Het allergeen in roodvlees is galactose‐α‐1,3‐galactose, oftewel α‐gal (spreek uit, alfa-gal). Daarom wordt roodvleesallergie ook wel eens het α‐galsyndroom genoemd. In tegenstelling tot de meeste andere allergenen is α‐gal geen eiwit, maar een oligosacharide, ofwel een suikerstructuur. Het is eigenlijk best bijzonder dat het menselijk immuunsysteem zo heftig kan reageren op vlees van andere zoogdieren: het is tenslotte de bedoeling dat ons immuunsysteem virussen, bacteriën en parasieten uitschakelt en niet het vlees van een rund of een varken, voor veel mensen een belangrijk onderdeel van hun voedsel.

De meeste zoogdieren hebben dus α‐gal, maar in mensen komt het α‐gal niet voor en wordt dus als lichaamsvreemd herkent: verschillende ziekteverwekkers dragen suikerstructuren die lijken op α‐gal en dat helpt het menselijke immuunsysteem om deze indringers snel te herkennen en daarop (heftig) te reageren. Al vroeg in de evolutie zijn mensapen het gen dat α‐gal kan maken kwijtgeraakt. Je zou dus kunnen zeggen dat mensen (en mensapen) hierdoor evolutionair in het voordeel zijn in het herkennen van ziekteverwekkers. Dit heeft echter dus ook een nadeel; we kunnen er allergisch op reageren. Aan wat voor klachten moet je dan denken?

Wat gebeurt er bij een roodvleesallergie?
Waar andere voedselallergieën vaak binnen enkele minuten tot twee uur na het eten van het allergeen al leiden tot symptomen, komt de allergische reactie bij roodvleesallergie later op gang: ongeveer 3-6 uur na het eten van roodvlees. De symptomen die optreden bij roodvleesallergie variëren van netelroos/galbulten, buikklachten zoals diarree en overgeven, zwellingen in gezicht en hals tot zelfs een levensbedreigende anafylactische shock. De late reactie na het eten van roodvlees bemoeilijkt ook de diagnose van roodvleesallergie. Waardoor de vertraagde allergische reactie komt, weet men niet precies. Men vermoedt dat het te maken heeft met de spijsverteringsprocessen die betrokken zijn van de afbraak van roodvlees. Met een bloedanalyse kan bepaald worden of je α‐gal specifieke IgE antistoffen in je bloed hebt. Het blijkt echter dat de aanwezigheid van deze antistoffen niet betekent dat je ook symptomen zult krijgen na het eten van roodvlees. Er is dus meer onderzoek nodig om het precieze werkingsmechanisme van roodvleesallergie te ontrafelen.

 

De term α‐galsyndroom beschrijft de door de afweerstof IgE gereguleerde allergische reactie van het lichaam tegen de stof galactose‐α‐1,3‐galactose (kort: α‐gal). Het α‐gal is in deze reactie het zogenaamde allergeen. Het syndroom kan ontstaan via voedsel, medicijngebruik en tekenbeten. (infographic: Jos van den Broek)

 

De link tussen tekenbeten en roodvleesallergie
In 2007 zijn er in een allergiekliniek in Sydney, Australië 25 mensen gediagnosticeerd met roodvleesallergie. Opvallend was dat al deze mensen in een gebied wonen waar veel teken voorkomen en ook sterk reageerden op tekenbeten. De kliniek zag vervolgens in patiëntenbestanden dat eerdere roodvleesallergie patiënten ook veel tekenbeten hebben gehad. Men vermoedde dat de roodvleesallergie het gevolg was van herhaaldelijke tekenbeten door de regionaal voorkomende teek Ixodes holocyclus.

Later werd ook in de VS de link gelegd met teken: de introductie van cetuximab (een medicinaal antistof tegen een bepaald menselijk eiwit) als medicijn tegen kanker leidde in het zuidoosten van de VS tot meldingen van een acute allergische reactie na toediening. Antistoffen tegen α‐gal in het medicijn bleken de boosdoener te zijn en bleken de meldingen van deze allergische reacties te overlappen met het leefgebied van Amblyomma americanum teken. Later hebben wetenschappers daadwerkelijk de aanwezigheid van α‐gal aangetoond in deze en andere tekensoorten. Het blijkt dat vooral de introductie van α‐gal door de beet van de teek in de huid de roodvleesallergie kan starten. Ook de Europese teek Ixodes ricinus, de schapenteek, heeft α‐gal en lijkt roodvleesallergie te kunnen veroorzaken. In Nederland werd in 2017 een patiënte met een roodvleesallergie beschreven en in die patiënte leek er achteraf een relatie tussen de hoogte van de IgE-antistoffen tegen alfa-gal en eerdere tekenbeten.

Is dit een reden om het bos te mijden?
Het is niet bekend hoeveel mensen precies roodvleesallergie hebben in Nederland, maar er zijn wel schattingen uit andere delen van Europa. In Baden-Württemberg in Duitsland hebben ongeveer 4 op de 100.000 mensen (0,004%) daadwerkelijk symptomen van roodvleesallergie. Welk deel daarvan door tekenbeten komt is niet duidelijk. Alhoewel er dus een link bestaat tussen tekenbeten en roodvleesallergie, met soms heftige allergische reacties tot gevolg, is de kans hierop na een tekenbeet erg laag. Ook goed om te vermelden is dat als iemand met een roodvleesallergie geen nieuwe tekenbeten oploopt, de aandoening meestal vanzelf over gaat. Daarom zijn er met het oog op roodvleesallergie geen strengere voorzorgsmaatregelen nodig als je het bos ingaat.

Dit artikel is een verkorte versie van het origineel, dat te lezen is in de paperback ‘Lymeziekte’. Het boek is vanaf 19 april beschikbaar via onze webshop.

Over de auteurs

Ir. Jos Trentelman,
Onderzoeker anti-teken vaccins ter preventie van teken-overdraagbare ziektes (ANTIDotE) aan het AMC in Amsterdam
Hein Sprong
Moleculair bioloog, onderzoeker, RIVM Centrum Infectieziektebestrijding
© Pexels
Abonnement

Mis nooit meer een publicatie

Met een jaarabonnement mis je niets meer! Wil je altijd op de hoogte blijven van de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van de biowetenschappen? Neem dan een abonnement! Hiermee ontvang je een korting van 40% ten opzichte van de prijs in de webwinkel. Daarnaast betaal je geen verzendkosten bij een abonnement. Het abonnement gaat in per 1 januari van het nieuwe kalenderjaar. Je kunt te allen tijde opzeggen, waarna je alleen nog de cahiers ontvangt die je hebt betaald.

Jaarabonnement
Drie keer per jaar krijg je onze boeken automatisch thuisgestuurd. Zo bespaar je flink op de losse verkoopprijs en blijf je altijd op de hoogte.
Bekijk abonnement

Nooit meer iets missen?

Wil je altijd op de hoogte blijven van nieuwe publicaties, dossiers en lesmaterialen? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief. Wij sturen je maandelijks een overzicht van alle nieuwe content.

Schrijf je in